Sunday, December 04, 2016

Mosselen, sandflies en seals

De wind is gaan liggen als wij de overtocht maken. Gelukkig! Na een kleine 4 uur varen vieren we het nieuwe eiland met mosselen. Grote groene mosselen. Wat zijn ze lekker én mooi!

We rijden door naar Nelson waar we een kampeerplek vinden aan de kust. Er staat nog een camper en twee vissers met hun busjes. Een prima plek om de nacht door te brengen. Maar al gauw wordt het drukker met mensen waar wij niet zo op zitten te wachten. Jongens stappen uit hun auto's en drentelen zenuwachtig rond. De muziek gaat hard aan. Dan rijden er twee weer weg en laten één auto achter. Er komen nieuwe auto's met veel herrie en kabaal. Het voelt een beetje unheimisch. We trekken de gordijnen dicht, doen de deur op slot en zetten onze eigen muziek maar aan. Gelukkig schijnt de volgende dag de zon en is iedereen vertrokken. Maar echt lekker slapen is het niet op deze manier.

We hebben zin in zon, zee en strand en reizen naar het Abel Tasman National Park. De enige camping in dit gebied is te bereiken via een 10 kilometer lange onverharde weg, die ons over de bergen bij de kust brengt. De camping met ruimte voor 850 personen is in het hoogseizoen vol. Nu staan er her en der wat tentjes en het voelt alsof we helemaal alleen midden in de natuur staan. Met aan de ene kant de bergen en aan de andere kant de prachtige zee, met gouden stranden.
We wandelen langs de kust en door het bos. Zwemmen in de nog koude zee. Drinken wijn op het strand en voelen ons de koning te rijk. Totdat de gevolgen van de sandflies duidelijk worden. Nooit gedacht dat kleine vliegjes voor zoveel ellende kunnen zorgen.








Naast de kampeerders leven er veel vogels op en rond de grasvelden. De pukeko (verwant aan de takahe) en de weka (ooit bijna opgegeten door de Maori) vallen het meeste op. De weka is een soort kip die enorme rommel maakt in de bosjes. Ze maken rare geluiden, alsof ze op een trom slaan. En als ze elkaar te lijf gaan, dan weet je helemaal niet wat je meemaakt. Drie dagen lang proberen we onze medebewoners op de plaat te leggen. Maar wat bewegen ze snel!



Na drie nachten is het genoeg. We trekken verder naar het meest noordelijke puntje van het zuidereiland, Farewell Spit. Een zandbank van 25 kilometer zorgt voor wadden aan de binnenkant van de zandbank en wilde kust aan de buitenkant met prachtige duinen en duinmeertjes er tussenin. We maken twee wandelingen. De eerste dag is het bijna windstil en grijs. De tweede dag waait het als een dolle, maar schijnt de zon. Het levert prachtige plaatjes op én.... 2 zeeleeuwen tot slot.









Op weg naar het Zuidereiland

Het is zondag vandaag. Even twee nachten op een camping met wifi, stroom en warm water. Tijd voor de noodzakelijke huishoudelijke zaken: de camper ruikt naar Ajax, het zicht naar buiten is weer 100%, het bed is verschoond, de was wappert in de wind en de Nederlandse belasting is betaald. En dan nu tijd voor het schrijven van meerdere blogjes. We lopen hopeloos achter.

Na onze 4-daagse tocht in Tongariro gaat de reis verder richting Wellington. Voor de kust van Kapiti Island overnachten we op een parkeerplaats aan het strand, om de volgende ochtend de boot naar het vogeleiland niet te missen.


Het eiland is vrijgemaakt van predators (ratten, possums en marters) waardoor de vogelstand bijtrekt. Tevens zijn er diverse soorten opnieuw geïntroduceerd, die het goed doen.



Onder leiding van een perfecte gids zien we een aantal zeldzame exemplaren. De saddleback krijgen we helaas niet goed voor de lens, maar de Takahē wel. Er zijn op de wereld nog 280 exemplaren, waar wij er 3 van zien. En de minder zeldzame robin (familie van ons roodborstje) laat zich ook fotograferen.


De regen gooit halverwege de dag roet in het eten, maar onze dag was al goed.

Het is nog 3 nachten voordat we de overtocht naar het Zuidereiland maken. We besluiten om deze door te brengen in Wellington. Er is daar genoeg te zien.
Aangezien de campings geen waar leveren voor de enorme bedragen die ze rekenen, besluiten we in de haven (Evans Bay) te gaan staan. Samen met nog zo'n 40 andere campers, die in alle macht proberen om tussen de gele lijnen te blijven staan. Het is 's avonds een geweldig schouwspel om alle nieuwkomers te bekijken die soms radeloos nog een plekje proberen te bemachtigen. Aan het einde van de nacht staan er zeker 20 campers buiten de geoorloofde zone. Wordt het een boete of niet?
De haven blijkt een heerlijke plek te zijn om te bivakkeren, ware het niet dat de wind te snijden is. Het waait zo ongelooflijk hard, dat de camper staat te schudden en het soms lijkt of we omvallen. De opstijgende vliegtuigen van het nabijgelegen vliegveld hebben het zwaar. Je ziet de vliegtuigen echt zwabberen.

We wandelen langs het water naar het centrum. De oude pakhuizen en doks zijn, net als op zoveel plekken in Nederland, in gebruik als horecagelegenheid. Er heerst een heerlijke relaxte sfeer en we laten de vis en de wijn goed smaken.
In de Starbucks schrijven we het vorige blog; daar is de wifi toch echt het best.
De volgende dag gaan we op zoek naar een plek waar we kunnen douchen. Het zwembad biedt uitkomst, waar we wat baantjes trekken en van de sauna genieten. We worden steeds creatiever in het overleven als veredelde backpackers.

Contributors

Followers