Het strand van de Pacific bleef lonken. We hadden foto´s in de Lonely Planet gezien van mangrovebossen die tot aan de oceaan reiken, zonder toeristen en met een prachtige strand. Aangezien wij de enige toeristen in het onderzoekscentrum waren en de hooguit 10 onderzoekers zo gebiologeerd waren door hun eigen onderzoek, was het vermoeden dat we daar met z´n tweeën zouden zijn. Maar hoe daar te komen? Een afdaling van 300 meter over 13 kilometer is op zich nog wel te doen. Maar dezelfde dag de weg terug bij een temperatuur van boven de 30 graden is geen pretje. Aangezien de duisternis om 6 uur invalt en het gevaarlijk is om in het donker te lopen, leek dit geen optie. Bovendien is er geen drinkwater bij het strand, dus alles zou meegenomen moeten worden.
Bij de rangers geinformeerd of we zonder al te veel risico´s op het strand konden kamperen en zij zagen geen gevaar. Dus in ons beste Spaans uitgelegd dat we nog wel wilden ontbijten, maar voor de lunch, diner en ontbijt van de volgende dag eten mee wilden nemen. Samen met 8 liter water, lakenzak, klamboe en zwemkleding op ons rug zijn we gegaan. En.... het was geweldig!
Zoals we bedacht hadden, zo was het ook. En eigenlijk nog mooier! Gedoken in de gigantische golven van de Stille Oceaan, samen met pelikanen en sternen. Je kon de vissen in de op ons af komende golven zien zwemmen.
We kwamen nog een erg leuke Nieuw-Zeelander tegen (de enige gek die met auto vol met surfplanken het onbegaanbare pad was afgedaald) die ons een tent leende en zo kwamen we de nacht door. Wel zo prettig, aangezien de totale verzameling krabben op de wereld hier leek te zijn neergestreken.
Vanmorgen weer teruggekeerd en inmiddels in Liberia (een grote stad) tussen de mensen beland. Het is wel weer wennen, maar het bier smaakt fantastisch. En het is ook erg leuk om alle mailtjes te lezen en ons verhaal op te schrijven.
No comments:
Post a Comment